Als Ruth en Wim een interview gaan houden bij een van onze leden is de eerste vraag meestel “hoe ben je met vogels in aanraking gekomen”.
Ons lid Cees van Hees heeft zijn verhaal voor ons op papier gezet.

De interesse voor vogels is begonnen op de lagere school, ik was 10 jaar en kreeg twee postduiven, een rode en een blauwe, maar ik had natuurlijk geen hokje of iets anders om ze te huisvesten.
Ik kreeg toen van een tante uit Jutphaas een klein duivenhokje, dit moest ik gaan halen op de fiets.
Thuis aangekomen heeft mijn vader het iets verbouwd zodat ze voldoende ruimte hadden, maar al snel bleek het alweer te klein te zijn dus maar een stukje groter maken, maar ook nu bleek het toch nog te klein, dus werd het weer groter, groter en nog groter gemaakt.
Ik werd lid van de jeugdafdeling van duivenvereniging
“De Zwaluw” en daar meegedaan aan de vluchten, ben actief lid gebleven tot aan de senioren.

Je wordt ouder en dan komen er ook andere interesses, verkering gekregen, getrouwd en verhuisd naar een flat 4 hoog.

 

 

 

Jullie zullen begrijpen dat het dan moeilijk duiven houden wordt, gezinsuitbreiding met 2 kinderen en de duiven dus weg gedaan.
Maar op de flat hadden we een zolder, dat was op 5 hoog, en het bloed kruipt waar het niet gaan kan, ik begon al snel te bouwen aan een verblijf voor vogels met als gevolg dat ik daar van alles heb gehouden.
Zoals een paar Duiven, Tortelduiven, Grasparkieten, Agapornis Roseicollis, Fazanten en Kippen. (elke dag verse eieren)
Omdat de zolder wel erg groot was liet ik alles maar door elkaar lopen.
Door het kakelen van de kippen vroegen de overige bewoners in het trappenhuis “heeft u soms kippen?”, nee hoor zei ik “dat zijn de dwergpapegaaitjes (Agapornis Roseicollis) die doen de kippen na.

Maar om geen trammelant met de buren en de woningbouw te krijgen heb ik alles ter voorkoming daarvan maar weg gedaan.
Heel toevallig was ik bij een kanariekweker terecht gekomen die wat vogels over had, nou dan weet je het natuurlijk wel.
Dat is nou net wat voor jou zei hij, nee, ik moet ze niet zei ik nog, maar heb toen toch twee koppeltjes mee naar huis genomen. Ik kreeg ze ook nog gratis.
Het waren Goud-Agaten, ik noemde ze huismussen. Wat moet ik daar nu mee dacht ik zo, groen met zwart.
Maar na een paar jaar te hebben aan gemodderd ben ik in 1977 lid geworden van de Kanarievereniging “De Kampioen” in Houten.

Toevallig werd ik gelijk lid met Co Mulder. (Wat een bofkont).
Dus inmiddels zijn wij bijna 35 jaar collega kwekers, Co is een beste jongen hoor.
Toen ben ik ook gerichter gaan kweken, heb veel geluisterd en goed gekeken.
In de afgelopen jaren heb ik vele kleurslagen gekweekt zoals, Goud-Agaat, Rood-Agaat, Rood Agaat-Ivoor, Goud-Isabel, Goud-Groen, Rood-Isabel, Rood-Isabel-Ivoor, Rood-Vetstof, Rood-Vetstof-Ivoor dat is wat betreft de kleurkanaries, maar ook Postuur kanaries heb ik gekweekt te weten, Norwich, Glosters, Borders, Scots-Fancy, al met al een hele lijst dus.

Momenteel kweek ik Agaat-Rood-Mozaïk en Rood-Vetstof kanaries.
Ook doe ik mee aan tentoonstellingen maar op de eerste plaats blijft  de hobby staan.
Verder vis ik graag, het liefst bij 25 tot 30 graden, een mooi weer visser dus, ook heb ik nog 30 jaar gevoetbald.

Misschien tot een volgende keer,

Cees van Hees